AMSTERDAM – Bijna de helft van de Europese familiebedrijven heeft de
laatste zes maanden de winst zien afnemen. Toch zijn ruim zeven op de
tien positief over de toekomst. (uit de Telegraaf van 19-06-2014)
Bij 44% van de ondernemingen is de omzet
het afgelopen halfjaar gestegen. Dit geeft hen het vertrouwen te investeren, nieuw
personeel te werven en nieuwe markten, ook over de grenzen, aan te boren.
Dit blijkt uit onderzoek van KPMG en European Family Businesses (EFB), dat
donderdag is gepubliceerd. „De macht van klanten, afnemers en leveranciers
neemt toe. Hierdoor staat de winstmarge onder druk”, legt Ernst Groenteman,
partner bij KPMG en gespecialiseerd in familiebedrijven, uit. Hij verwacht dat dit
komende tijd niet minder zal worden. „We zullen moeten accepteren dat dit het
nieuwe normaal is.”
Groenteman is enigszins verrast door de sterk positieve trend die uit de
halfjaarlijkse familiebedrijvenbarometer spreekt. „We wisten natuurlijk wel dat de
meeste familiebedrijven sterk de crisis zijn doorgekomen. Ze beschikken vaak
over voldoende eigen vermogen, zijn zuinig en hebben geen schulden. Daardoor
lenen banken graag aan hen uit. Voor 81% is het geen probleem om aan geld te
komen, zo blijkt uit het onderzoek. Driekwart van de familieondernemingen is dan
ook van plan om de komende zes maanden weer te gaan investeren. Dat is meer
dan verwacht.”
De bedrijven investeren overwegend in de thuismarkt. 27% doet investeringen over
de grens. Andere Europese landen zijn daarbij favoriet. „Familiebedrijven zijn
voorzichtig. Die storten zich niet zomaar in wilde buitenlandse avonturen. Ze
handelen het liefst op markten die ze al kennen.” Niettemin constateert
Groenteman een toename van de internationalisering, ook buiten Europa. „Vooral
Afrika is in opkomst. Dat continent wordt nu langzaamaan ontdekt als
afzetmarkt.”